EEN VUURDOOP

5 mei 2014

'Ik ga op reis en ik neem mee: een Carnet de voyage geschonken door Marlies Dupont, een pakje boterkoekjes gebakken door Lieve De Baes, dikke wollen wanten van mijn vader, mijn Belgische biergewoonten die ik aan Dieter Loots kan danken, een MP4-speler met dancehalltunes van mijn danchalldansers, mijn oriëntatievermogen en rijkunsten aangeleerd door Bruno, Wards goede contacten, mijn moeders kookkunsten, ongezoete/-zoute studentenhaver van Hanna, Lieve Bredas visie op onderwijs, Gerts tekenlessen, Kerewins observerend vermogen, Mimo Paules reizen zonder John en slaapzak, de tandenborstel van Maarten De Landsheer, mijn partyattitude met Heidi in het achterhoofd, een flacon whiskey van Natacha, Jef en Jachna, Thinkjes zotheid, Joachims vlugge aanpassingsvermogen, mijn vogelspottend oog van bij de JNM, Sybilles reisaphotheekje, koplampje van Jonas, helaas niet Lissas diplomatisch aanpak met zatte mensen, Mariekes feestneus, Elena met haar no-nonsense-houding, Tannes zonnebloempitjes en Pepijns redevoering over zijn geloof.

 

De tragenslakken groep Hanengevecht Een kerkje Een stil gebed

 

Blauwe verf bladert van de houten balken. Tussen onze tenen kabbelt wat water, een sterke urine geur vult het ruim van de oude ferry. Rechts van mij doet een vrouw een gebedje en Elena is bang dat ons slecht gestapelde rugzakken bij de volgende golf in op de bodem van Lago Nicaragua zullen liggen. Mij kan het niet schelen, we gaan eindelijk ontspannen op het eiland waar ik al drie nachten van droom: Ometepe.

Terwijl we de voet van het vulkaaneiland beklimmen richting ons hostel brandt de zon op onze kuiten en parelen zweetdruppeltjes van ons voorhoofd. Toch voel ik mij in die vijf minuten aan land al beter thuis dan in alle buitenlandse hostels waar ik de voorbije weken gezeten heb.

In het niet meer zo schamel Spaans onderhandelen we de prijs voor twee schamele fietsen en over paadjes van zwart vulkaanzand fietsen we richting het dichtstbijzijnde strand. Vele onwennige begroetingen en nieuwsgierige ogen volgen ons, want we zijn de enige blanken die daar komen zwemmen.

Als we de fietsen terugbrengen probeert de uitbaatster van het fietsenverhuur er nog een extra prijsje van te maken, ik weiger en geef haar de eerder afgesproken prijs. Ze kijkt zuur en wijst ons snel de deur. De klant is de geldschieter en ik ben de koning- mentaliteit van Nicaragua bevalt me wel.

Onze doefe dorm bevindt zich onder een zwart plat dak, heeft geen vensters en twee ventilators, één voor elk van ons. Veel maakt het niet uit want tegen de morgen is mijn laken doorweekt van het zweet en heb ik Elena enkele keren wakker gemaakt met paniekerige dromen over mensen die in ons dorm sluipen.

Half gekookt beginnen we onze trekking van de vulkaan in de hoop toch nog eens een vulkaankrater te kunnen bezichtigen. De lokale bevolking verklaart ons gek, maar met een laagje zonnecrème, en twee flessen water zetten we onze missie voort.

Na een uur sloffen door heet vulkaanstof vinden we schaduw onder wat tropische bomen en wordt onze doorzetting beloond met kapucijnaapjes, vlinders en nog meer moois. Na nog een uur klimmen en optrekken aan lianen, kunnen de aapjes ons niets meer schelen en willen we gewoon aankomen aan de krater. Onze rode koppen vinden eindelijk verfrissing in bij de 'mirador' waar een ongelooflijk sterke wind opsteekt, onze ventilators kunnen er van leren, en we soms moet hurken om niet van de vulkaan af te worden geblazen. De wind weerhoudt ons van het bezoek aan de krater maar we nemen graag genoegen met het uitzicht op Ometepe, lago Nicaragua en de rest van Nicaragua zelf. Na een klein dutje in de frisse wind, op de top van een vulkaan dalen we razendsnel af om verkoeling te vinden in de paasmis van vier uur. De kerk is dicht, dus verfrissen we ons met een ijsje, het is nodig want we zijn aardig verbrand.

Granada is even warm en in mijn bed kan ik de grenzen van de warmtelagen onderscheiden. De opgestegen warme lucht vormt een plafond die je het gevoel geeft dat rechtop zitten onmogelijk is wat voor een claustrofobisch effect zorgt.

De toeristische trekpleisters zijn koele kerken en wij zoeken daar maar al te graag verfrissing. Terwijl we kerktorens beklimmen, kerkklokken aanraken, mariabeelden begroeten, kruisigingen overlopen geeft Elena mij de basis Godsdienstlessen die ik nooit gehad heb. Ik ben niet gelovig, maar mis duidelijk een groot stuk cultureel erfgoed. In Leon is het nog drukkender waardoor we met genoegen de grootste Kathedraal van Centraal-Amerika te bezoeken, … Vanbuiten ziet hij er bijzonder slecht onderhouden uit, behalve het dak dat maagdelijk wit is, vanbinnen is hij ruim en leeg. Eens onze brave zieltjes alle kerken van Leon hebben bezocht en we terug wat hitte aankunnen besluiten we voor een laatste keer een vulkaan te beklimmen en ervan de glijden... De cerro Negro is een prompte zwarte heuvel, bedolven onder gestolde lava in de buurt van Leon. Ons hostel voorziet ons van een board, pak en bril dat wij de heuvel op moeten dragen... Links en rechts geklaag, gezaag en gepuf, Elena en ik zijn dit soort klim al gewoon maar zijn deze keer banger van het afdalen. We hoorden verhalen over gebroken polsen, verstuikte enkels, geschaafde gezichten, schouders uit de kom...

Aan te top worden we toch beloond met het uitzicht op vier kraters, stoomgaten en hete aarde waarop m'n een eitje zou kunnen bakken. Geen tijd voor foto's, onze reisleider kickt meer op straffe stoten en fokt ons op met snelheden als 95km per uur, trucjes, tips en andere machoverhalen… Om de beurt glijden we de berg af en de reisleider vloekt over deze groep vol trage slakken.

Elena zoeft naar beneden en dan is het mijn beurt, ik zet mij schrap, duw af en … glijd aan 19km per uur naar beneden. Ik probeer alle trucjes maar win geen snelheid, kan heel beheerst poseren voor de foto en kom zeer teleurgesteld aan bij de voet van de vulkaan. Mijn bord was kapot en remde af. Elena troost mij met een extra koekje en is zo enthousiast over de kraters dat ik het mij niet kan permitteren triest te zijn. Die namiddag bevind ik mij dan ook tussen een horde Nicaraguanen, die schreeuwen met geldbiljetten in de hand naar twee vechtende hanen. Ik aanschouw met open mond deze sport en voornamelijk de moraal achter deze sport en vergeet al snel mijn belachelijke poging tot 'vulcano boarding'.

We zoeken dan maar afkoeling bij een kuststadje, proberen nog wat te surfen, worden verpletterd door golven en gaan dan om geld te sparen en de Amerikaanse toeristen te ontwijken in een lokale comedor eten. Ik geraak aan de praat met een lokale zatlap die zijn gelukzalige gevoel aan God dankt. Zijn vier dochters zijn genoemd naar personen uit de Bijbel waar ik geen weet van heb. Hij is licht gepikeerd en vindt dat ik niet het recht heb een religieuze naam te dragen, zonder de Bijbel te kennen. Ik beloof hem binnenkort de bijbel door te nemen. Eens hij hoort dat ik niet eens gedoopt ben en niet echt geloof verandert zijn gepikeerde uitdrukking in medelijden. Hij heeft echt met mij, het kettertje, te doen en behandelt me plots als een naïef klein kind door heel simplistisch de mirakels die hij in zijn leven als is tegen gekomen uit te leggen. Als hij vermeldt dat God de slechte mensen aan hun eind laat komen en de goede laat leven word ik op mijn beurt gepikeerd en wil een heel resum argumenten aanhalen waarin zijn God heel wat goede mensen aan hun eind heeft laten komen en deze God soms maar rare kronkels in zijn gedachtegang heeft … hij merkt het en eindigt zijn monoloog in zalvende woorden over onze vader en de heilige geest en een schoon gebed. Het heeft geen zin om aan deze discussie te beginnen, want we zullen het nooit eens zijn. Ik stel de man tevreden met de belofte mij te verdiepen in de Bijbel en neem afscheid. Hij geeft mij nog een kruisje.

Na pasen, een week van kerkbezoeken, ontelbare gebeden die rond mij zijn gevoerd en interessante conversaties ben ik niet bekeerd en een doop staat ook niet voor de deur maar ik was nooit eerder zo gefascineerd door een leer waarvan zoveel mensen overtuigd zijn en een Almachtige waarin er nog veel meer blindelings geloven. Het mysterie van het geloof heeft mij beet en ik heb wat denkstof voor de rest van de reis.

 

 

 

 

Foto’s

1 Reactie

  1. Katrien De Cocker:
    9 mei 2014
    Liesbethje! Wat n verhalen lees ik hier zeg, ongelooflijk! Ik zit momenteel in Canada en ben op n doodse avond (hier geen wilde feestjes) eens door al je posts gegaan, echt tof om te volgen...
    Draag goed zorg voor jezelf!

    Liefs, Katrien

    Ps: een van de volgende avonden bekijk ik je foto's, ik kijk er al naar uit :-)